Nederland uit top 10 landen met goede LHBTI-rechten

“Het is pijnlijk dat ons land, dat ooit als eerste het huwelijk openstelde voor paren van gelijk geslacht, niet meer behoort tot de internationale voorhoede als het gaat om LHBTI-rechten.”

Dat zegt Tanja Ineke, voorzitter van het COC. Ze reageert op het nieuws dat Nederland naar de elfde plaats is gezakt op de Rainbow Europe Index. Die wordt gemaakt door de ILGA, een Europese organisatie die opkomt voor de rechten van homo’s, lesbiennes, biseksuelen, transgenders en interseksuelen.

Tanja Ineke roept namens het COC de regering en de Kamer op om snel een inhaalslag te maken.

Wake-up call
ILGA-Europe spreekt van een wake-up call: “Een land als Nederland, dat altijd werd gezien als progressief, zit niet meer bij de koplopers”, zegt Evelyne Paradis, directeur van ILGA-Europe. “Dat Nederland ooit als eerste het huwelijk openstelde, is nu niet meer genoeg. Vooral trans- en interseksuele personen hebben behoefte aan meer wettelijke bescherming.”

Juist voor die groep mensen zijn de rechten in ons land niet goed geregeld, wat de reden is voor de lage classificatie van Nederland. Zo kent Nederland geen expliciet verbod op discriminatie van trans- en interseksuele personen. Daarnaast kent Nederland geen expliciet verbod op LHBTI-discriminatie in de Grondwet. Ook is er geen hate crime-wetgeving om discriminatie zwaarder mee te bestraffen.

Regenboog Stembusakkoord
Het COC pleit al lang voor het beter regelen van deze zaken. Er zijn beloften over opgenomen in het Regenboog Stembusakkoord, dat het COC in 2017 sloot met acht politieke partijen.

Op de Rainbow Europe Index 2018 staat Malta bovenaan, gevolgd door België en Noorwegen. Azerbeidzjan, Armenië en Turkije bungelen onderaan de lijst. De Rainbow Index kijkt puur naar LHBTI-rechten, niet naar de publieke opinie over LHBTI's.