Onderzoek

LHBT-monitor 2018: situatie voor gays verbeterd, transgenders hebben het moeilijk

Leestijd: < 1 min

De leefsituatie van gays, lesbiennes, biseksuelen en transgenders is op een aantal terreinen verbeterd. Maar als je deze vergelijkt met die van hetero’s is de situatie van LHBT's nog steeds slechter. Vooral transgenders hebben het vaker moeilijk, zo blijkt uit de jaarlijkse LHBT-monitor van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP).

Het omvangrijke rapport van het SCP geeft een beeld van de leefsituatie van lesbische, homoseksuele, biseksuele en transgender personen in Nederland. Op ruim honderd pagina’s brengt de LHBT-monitor deze leefsituaties in kaart. Gekeken is naar veiligheid en slachtofferschap, geweldsdelicten en de mate waarin LHBT’s te maken krijgen met respectloos gedrag. Maar ook leefstijl en gezondheid komen aan bod, net als werkervaring, werkbeleving en tevredenheid op het werk. In dit artikel delen we de belangrijkste conclusies en een eerste reactie van het COC.

In het rapport maakt het SCP onderscheid tussen lesbiennes, homoseksuelen en biseksuelen enerzijds, en transgender personen anderzijds. We citeren het volgende uit de samenvatting van het onderzoeksrapport, dat je hier in zijn volledigheid kunt bekijken.

LHB’s hebben een minder goede veiligheidsbeleving dan heteroseksuelen
Het is op een aantal terreinen slechter gesteld met de veiligheid en de veiligheidsbeleving van LHB-personen dan die van heteroseksuele personen. Zo ervaren LHB-personen minder sociale cohesie in de buurt, voelen ze zich vaker onveilig in het algemeen en op diverse locaties (zoals op straat of in het centrum) en krijgen ze vaker te maken met respectloos gedrag (van bv. bekenden of personeel van bedrijven) en diverse vormen van cyberpesten dan heteroseksuele personen. Daarnaast verwachten lesbische / homoseksuele personen meer geweld en krijgen biseksuele mensen relatief vaker te maken met gehackt worden dan heteroseksuelen.

LHB’s maken minder vaak respectloos gedrag mee
In tegenstelling tot mediaberichten over een toename in homofoob geweld zien we dat in de afgelopen vijf jaar (2012 tot en met 2017) LHB’s gemiddeld minder respectloos gedrag meemaken. Bovendien is het percentage lesbische / homoseksuele personen dat geweldsdelicten heeft meegemaakt zodanig afgenomen dat er anno 2017 geen verschillen meer zijn tussen de cijfers van lesbische / homoseksuele en heteroseksuele personen. Deze ontwikkeling gaat niet op voor biseksuele personen: in 2017 ervaren zij nog steeds meer geweldsdelicten dan heteroseksuele personen.

LHB’s zijn minder gezond
Wat betreft leefstijl, gezondheid en zorggebruik zien we enkele overeenkomsten tussen LHB- en heteroseksuele personen, maar vooral veel verschillen die met name slecht uitpakken voor biseksuele personen. Gelijkenissen vertonen alle groepen op overgewicht, wekelijkse sportdeelname en het bezoek aan ziekenhuis en specialist. Lesbische / homoseksuele personen verschillen niet van heteroseksuele personen in obesitas, overmatig alcoholgebruik, dagelijks roken, cannabisgebruik, fysiek-functionele verschillen (OESO-beperkingen: beperking in horen, zien of mobiliteit) en contact met psychologen. Daar staat tegenover dat lesbische / homoseksuele personen minder vaak voldoen aan de normen voor gezond bewegen, ze vaker wel eens harddrugs hebben gebruikt, psychisch minder gezond zijn, vaker een depressie hebben gehad en vaker een slecht ervaren gezondheid bezien of een langdurige aandoening / ziekte hebben. Daarnaast hebben lesbische / homoseksuele personen ook vaker contact gehad met een huisarts in het jaar voorafgaand aan de enquête. Vooral de verschillen in het wel eens gebruikt hebben van harddrugs en psychische gezondheid zijn fors.

LHB-werknemers hebben een slechtere werksituatie
LHB-werknemers hebben een minder goede positie op het werk. Ze ervaren bijvoorbeeld meer ongewenst gedrag en conflicten. LHB’s rapporteren ook meer burn-outklachten en zijn minder tevreden met hun werk dan heteroseksuele personen. De verschillen tussen bi- en heteroseksuele werknemers lijken wat groter dan die tussen lesbische / homoseksuele en heteroseksuele werknemers. Verder gaan de verschillen tussen LHB- en heteroseksuele werknemers in negatieve bejegening en burn-out niet op voor werknemers van grote bedrijven met meer dan 1000 medewerkers.

Transgender personen verkeren in slechte positie
De positie van transgender personen in Nederland is relatief slecht. Personen die een wijziging in hun geslachtsregistratie in de BRP hebben laten doorvoeren, hebben een fors slechtere sociaal-economische positie dan de algemene bevolking. Ze vallen bijvoorbeeld vaker in de lage inkomenscategorie, hebben minder vermogen en meer schulden, en hebben veel minder vaak een koophuis. Hun arbeidsmarktpositie is ook minder gunstig; ze zijn minder vaak werknemer en hebben vaker een uitkering. Transgender jongeren worden in vergelijking met hun cisgender (niet-transgender) leefijdsgenoten veel vaker gepest, hebben meer ervaring met emotionele verwaarlozing of mishandeling thuis, een lagere eigenwaarde en meer psychische problemen.

Onderzoek van Transgender Netwerk Nederland
Het SCP-rapport geeft geen cijfers over de veiligheid van transgender volwassenen. Uit het gisteren gepubliceerde rapport Overal op je hoede van Transgender Netwerk Nederland lijkt ook het huiselijk geweld tegen transgender volwassenen veel vaker voor te komen dan bij de algehele bevolking. 

Reactie COC Nederland: pleit voor een emancipatieimpuls
Het COC pleit voor een emancipatieimpuls door meer en betere aandacht voor acceptatie op school. “Dat LHBTI’s problemen ondervinden is niet verwonderlijk, want we worden in Nederland nog lang niet altijd geaccepteerd”, reageert COC-voorzitter Tanja Ineke. Ze wijst er op dat veel Nederlanders het bijvoorbeeld aanstootgevend vinden als lesbiennes en homo’s elkaar zoenen of hand in hand lopen.

Een dergelijke emancipatieimpuls kun je volgens het COC bewerkstelligen door het onderwerp verplicht te stellen in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) en op alle docentenacademies. Uit onderzoek van de Onderwijsinspectie blijkt dat veel scholen dit onderwerp belangrijk vinden, maar dat de kwaliteit van hun voorlichting te wensen overlaat.

Afname van geweld? Daar herkent het COC zich niet in
Volgens het SCP-rapport voelen LHBT’s zich relatief vaak onveilig. Ze krijgen vaker dan gemiddeld te maken met uitschelden en ander respectloos gedrag en met online bedreigingen en laster (cyberpesten). Volgens het SCP zou er overigens sprake zijn van een afname van geweld tegen lesbiennes en homoseksuelen. Het COC herkent dat beeld niet. "Wij spreken dagelijks mensen die te maken krijgen met ernstige vormen van geweld wegens hun identiteit", aldus COC-voorzitter Tanja Ineke. "De politie registreert drie meldingen van anti-LHBTI geweld en discriminatie per dag, transgender personen krijgen zeven keer vaker met geweld te maken en ‘homo’ is op school het meest gebruikte scheldwoord."

 

Powered by Labrador CMS