Filmrecensie

“Een film over gay voetballers is schaars en schreeuwt om een reactie”

Een recensie van de voetbalfilm Mario

Leestijd: < 1 min

Als voetbalfilm Mario op 15 maart in première gaat tijdens de Roze Filmdagen, zitten de voetbalhobo’s met z’n allen vooraan: de goede mensen van de John Blankensteinfoundation, de Roze Règâhs en natuurlijk Barbara Barend. Want een film over topvoetballers die gay zijn, dat is schaars en schreeuwt om een reactie.

Mario (Max Hubacher) speelt in het tweede elftal van BSC (Berner Sport Club) Young Boys. Hij is aanvaller en wordt aan het begin van het seizoen geconfronteerd met de komst van een nieuwe aanwinst bij zijn team: Leon (Aaron Alteras); ook spits, afkomstig uit Hannover. Onmiddellijk zijn de voetballers bang voor hun positie in het team. Ook Mario. Zijn vrees blijkt ongegrond: al snel spelen Leon en Mario samen in de basis en – oh wat een speling van het lot – delen de twee een spelersappartement. En het bed.

Natuurlijk krijgen de andere spelers lucht van hun geflikflooi en met pesterijen proberen zij het knappe duo uit het team te werken. Zonder succes: de voetbalmanagers van de twee én de club ontkennen alles en de jongens worden hierna steeds met een chick opgezadeld bij publieke optredens. Na een directe confrontatie in de kleedkamer wordt het Leon te veel en biecht hij de liefdesrelatie op. Maar Mario blijft ontkennen, zijn carrière is hem te veel waard. Leon verlaat Young Boys en Mario voetbalt zich het eerste in. Jammer voor hem speelt de film in de jaren negentig: tegenwoordig speelt de club uit Bern in de Champions League.

We nemen een sprong in de tijd. Mario is doorgebroken bij de Hamburgse club St. Pauli – niet toevallig een van de minst homo-onvriendelijke clubs van Europa. Hij is succesvol en bekend, maar nog immer in de kast. Het jeugdvriendinnetje dat in Bern al voor hem coverde, woont nu zelfs in Mario’s penthouse. Alles om de homoseksualiteit van de voetballer geheim te houden.

Het is duidelijk dat regisseur Marcel Gisler met deze film een punt wil maken, een thema wil agenderen. In kleine kring is dit gelukt, een breed maatschappelijk debat is vooralsnog niet losgebarsten. Je zou willen dat veel mensen deze film gaan zien om kennis te maken met de ogenschijnlijk homoloze voetbalwereld, maar eigenlijk wens je het publiek een betere film toe. Want inmiddels zijn filmkijkers gewend aan Netflix: waar een spannende of emotionele verhaallijn gemeengoed zijn, net als indrukwekkende effecten en cameravoering. Dit alles ontbreekt bij Mario. Het lijkt alsof het gehele budget van de film is opgegaan aan de draaidagen in het stadion van St. Pauli.

Aan de acteurs ligt het niet dat bezoekers licht depressief de bioscoop uitkomen – er wordt namelijk geen sprankje hoop geboden aan voetballers die nog in de kast zitten. En het feit dat films met een gay thema in 2019 blijkbaar nog steeds zo lowbudget moeten worden gemaakt, stemt ook niet hoopvol.

Powered by Labrador CMS