Gastcolumn

“Ooit tast een coming-out geen enkele vriendschap meer aan”

Tim van Erp (31) over Coming-Outdag

Leestijd: < 1 min

Elk jaar op 11 oktober is het Coming-Outdag. Een dag die hard nodig is – maar hopelijk ooit niet meer, schrijft journalist Tim van Erp (1989) in een gastcolumn. “Mijn beste vrienden vertelde ik het als laatst: voor hun oordeel was ik het bangst. Wat ik zei had impact op de rest van ons leven.”

Afgelopen zomer voerden een vriend en ik een gesprek over uit de kast komen. We kennen elkaar sinds onze peutertijd, dus op een gegeven moment belandden we bij het moment waarop ik aan hem vertelde dat ik op mannen val. Hij was een van mijn beste vrienden, maar een van de laatsten aan wie ik het vertelde. Na hem bleef nog één andere vriend over. Ik was het bangst voor hun oordeel; de twee jongens met wie ik was opgegroeid.

“Deze bekentenis luidde onherroepelijk onze volwassenheid in”

We waren achttien en dronken op weg naar huis, het was midden in de nacht. Hij moest huilen. Ik denk niet zozeer vanwege mijn seksuele voorkeur, maar omdat deze bekentenis onherroepelijk onze volwassenheid inluidde. Wat ik zei, had impact op de rest van ons leven.

Tim van Erp jeugdfoto
Tim in zijn tienertijd.

Tijdens ons gesprek afgelopen zomer dacht ik voor het eerst terug aan ons afscheid die nacht. Ik fietste de laatste honderd meter naar huis en wist zeker dat we net onze laatste momenten als vrienden hadden beleefd. Dat gevoel – die angst voor afwijzing – had ik sindsdien niet meer gehad. Ineens was het er weer. Ik was vergeten hoe het was ervan overtuigd te zijn dat je je geliefden kwijtraakt zodra ze erachter komen wie je bent.

Deze keer moest ik huilen, zo sterk kwam het terug. Hij knuffelde me. Hij had nooit geweten dat ik die gedachte had, zei hij. Het was niet eens in hem opgekomen dat dit onze vriendschap kon aantasten.

Die vriendschap is dertien jaar later sterker dan ooit. Telkens als ik bedenk dat ik het juist deze jongens als laatsten vertelde, voel ik spijt. Het suggereert dat ze niet belangrijk voor me waren, terwijl het tegendeel waar was. Dit was hoe het destijds moest lopen, maar met de kennis van nu had ik het toen anders gedaan.

Die tijd, waarin ik bang was voor afwijzing en oordeel, voor wie ik was en wat ik zou worden, ligt inmiddels achter me, maar voor veel anderen is die tijd nu. De meesten zullen zichzelf accepteren voor wie ze zijn. Zichzelf accepteren zoals ze zijn komt vaak later. Twijfels en angsten verdwijnen niet zodra je uit die kast treedt. Je bent niet meteen jezelf. Vaak ben je jong, onzeker en zoekende.

“Er komt een dag waarop we, voor we uit de kast komen, wéten dat we geen geliefden kwijtraken”

Toen ik die stap zette, was ik op zoek naar antwoorden zonder een vraag te durven stellen, op zoek naar troost zonder om hulp te durven vragen. Dat ik die antwoorden en troost nu krijg van de mensen wier oordeel ik het meest vreesde, is een luxe en een geruststelling die voor iedereen weggelegd zou moeten zijn.

Ooit is dat zo. Onzeker en zoekende blijven we misschien altijd, maar er komt een dag waarop we al voor we uit die kast komen wéten dat we geen geliefden kwijtraken, dat het geen enkele vriendschap zal aantasten. Dan zijn die laatste honderd meter naar huis een stuk fijner.

Beeld: Wouter van de Goor

Powered by Labrador CMS