“Belachelijk dat Gomarusschool niet wordt vervolgd voor discriminatie”
De Gomarus Scholengemeenschap in Gorinchem dwong leerlingen voor hun ouders uit de kast te komen. Diverse oud-scholieren deden aangifte, maar het OM heeft besloten de school niet te vervolgen. Het COC noemt dit ‘belachelijk’.
COC Nederland noemt het besluit van het Openbaar Ministerie over de Gomarusschool ‘belachelijk’ en roept het OM op om alsnog vervolging in te stellen. Volgens het OM was er op de school sprake van strafbare discriminatie op grond van seksuele gerichtheid, en toch besloot men om niet te vervolgen.
Gerechtigheid
“We willen dat het OM een scherpe norm stelt, zodat voor elke school duidelijk is dat discriminatie en mensen uit de kast trekken volstrekt onaanvaardbaar is”, aldus COC voorzitter Astrid Oosenbrug. ‘Er moet gerechtigheid komen voor de slachtoffers.’
Dat is volgens het COC niet mogelijk, nu het OM niet vervolgt en de rechter dus geen uitspraak kan doen.
Vervolging afdwingen
Het COC zoekt contact met de slachtoffers en andere getroffenen van de Gomarusschool. De organisatie wil hen ondersteuning aanbieden, bijvoorbeeld bij het starten van een artikel 12-procedure om het OM alsnog tot vervolging te dwingen.
NRC Handelsblad onthulde in 2021 dat de Gomarusschool leerlingen dwong om tegenover hun ouders uit de kast te komen. Ze werden daartoe zelfs opgesloten. Volgens een lesmethode die de school gebruikte is het praktiseren van homoseksualiteit ‘een zonde tegen de natuur’ en ‘een gruwel in de ogen van God’.
Grens overschreden
Diverse oud-leerlingen deden aangifte. Het COC riep de regering op tot maatregelen. De Inspectie van het Onderwijs onderzocht de situatie op de school en deed ook aangifte wegens discriminatie om seksuele gerichtheid. Volgens het COC ligt er bij de Inspectie nu een taak om te bevorderen dat het OM in deze zaak alsnog vervolgt.
Het OM stelt in een persbericht dat de school de grens van het toelaatbare heeft overschreden. Het Gomarus was voor LHBTI-leerlingen een onveilige plek. Het OM concludeert dat de school zich schuldig maakte aan twee strafbare feiten: dwang (artikel 284 Wetboek van Strafrecht) en het ter verspreiding of openbaarmaking in voorraad hebben van voorwerpen waarin tot discriminatie wordt aangezet (artikel 137e lid 1 sub 2 Wetboek van Strafrecht).
Beleid aangepast
Toch maakte het OM op 15 juni bekend de scholengemeenschap niet te zullen vervolgen. De school zou haar beleid hebben aangepast en bij de behandeling van leerlingen geen onderscheid meer maken op basis van seksuele gerichtheid. Omdat het delict zou zijn gestopt, vindt het OM vervolging niet nodig.
Volgens het COC gaat dit er volstrekt aan voorbij dat het strafrecht ook andere functies heeft dan het ‘delict te doen stoppen’. Het gaat dan bijvoorbeeld om het stellen van een norm en het zorgen voor gerechtigheid voor de slachtoffers.
Coverbeeld: Istock