“In de winkel om de hoek was een gladde vloer, dus daar leerden we de moonwalk”
Een interview met de Cubaanse dansgrootheid Carlos Acosta
Easy on the eye Carlos Acosta maakt zijn opwachting tijdens het Holland Dance Festival in februari. Wat blijkt? De Cubaanse dansgrootheid is gewoon begonnen met de moonwalk.
Hoofdgast van het Holland Dance Festival – 3 tot 19 februari 2022 in Den Haag – is dit jaar Carlos Acosta (48). Zeventien jaar lang danste hij bij het Londense Royal Ballet, waarvan twaalf als Principal Guest Artist. Hierna trad hij op met vrijwel alle internationale topgezelschappen, waaronder het American Ballet Theatre, het Bolsjoj Ballet in Moskou, het Ballet de l’Opéra National de Paris en ook – eenmalig, in 1997 – ons ‘eigen’ Nationale Ballet. Nu leidt hij het Britse Birmingham Royal Ballet. Tijdens het Holland Dance Festival is Carlos ook zelf dansend te bewonderen.
Acosta wordt in 1973 geboren in een van de armste wijken van Havana, op Cuba. Als kind dat dol is op voetbal en breakdance leeft hij grotendeels op straat. Maar zijn vader – een vrachtwagenchauffeur met een sterke connectie met zijn voorouders, die als tot slaaf gemaakten op de Cubaanse Acosta-plantage werkten – heeft andere plannen met de negenjarige Carlos: hij stuurt hem naar het Cubaanse Escuela Nacional Superior de Ballet. Carlos, die de bijnaam Yuli kreeg, voetbalde liever en vond het ballet maar saai. Carlos is er eenzaam en vindt het verschrikkelijk allemaal, maar zet wel door, want: “er was ook gratis eten”.
Winq spreekt Carlos Acosta alvast en wil als eerste weten: ben jij nog steeds fan van Michael Jackson?
“Voor mijn generatie is hij een groot icoon, hij heeft mij geïnspireerd. Ik denk niet aan zijn persoonlijke problemen en concentreer mij vooral op zijn kunstenaarschap. Ik groeide op in een omgeving waar hij met zijn verbeelding iedereen kon boeien – iedere tienjarige jongen wilde hem zijn. Dus ja, ik schat hem artistiek nog steeds zeer hoog in. Weet je: ondanks alle vijandigheden tussen Cuba en de Verenigde Staten vonden wij als kinderen altijd wel manieren om Amerikaanse muziek het eiland op te krijgen. Mensen verstopten zich om naar rock-’n-roll te luisteren. In de wijk waar ik ben opgegroeid woonde een zeeman die veel naar het buitenland reisde. Hij beschikte over een Sony Betamax videorecorder en hij was de enige in de buurt met een kleurentelevisie. Bij hem keken we naar Michael Jackson en ik begon hem natuurlijk meteen te imiteren. Zijn mode met al die ritsen in zijn kleren en de moonwalk natuurlijk. Via die videorecorder heb ik ook kennisgemaakt met Flashdance en Fame – de breakdance en hiphop-achtige cultuur.”
Heb je jouw eigen kinderen de Moonwalk geleerd?
“Natuurlijk. Moonwalken was overigens nog niet gemakkelijk in Cuba – iedereen probeerde het, maar je hebt er eigenlijk een granieten vloer voor nodig. Onze buurt was zo belabberd; alle straten zaten vol met kuilen. Maar in de winkel om de hoek was wel een gladde vloer, dus daar gingen we helemaal los.”
“Meestal wordt er pas een film over je gemaakt als je al lang en breed dood bent”
Wat voel je, als je aan Havana denkt?
“Vóór de pandemie bracht ik er twee maanden per jaar door. Dan nam ik mijn gezin mee: ik wil mijn kinderen graag tweetalig opvoeden. Ik wil dat zij mijn cultuur, de Cubaanse cultuur, leren kennen. Dat is belangrijk, zodat zij écht weten wie ik ben. Nu ben ik al twee jaar niet meer in Cuba geweest. Ik mis het enorm, maar ik ben niet bij de pakken neer gaan zitten. Mijn team en ik waren vastbesloten iets te doen voor het welzijn van het Ballet. Je moet proberen manieren te vinden om mensen in hun hoofd weg te leiden van deze situatie. Zodat ze niet kunnen blijven hangen in negativiteit en onzekerheid. Het enige wat je kunt doen is creatief zijn en dus besloot ik ook tijdens de lockdown een dansprogramma te maken. Dat is gelukt – de meeste andere balletten hebben dat niet kunnen doen. Wij hadden geluk dat het theater, ook tijdens de pandemie, zijn deuren voor ons opende zodat we konden repeteren. Niet alle theaters krijgen overheidssubsidie, dus soms hadden ze weinig keuze om tóch maar iets te doen. Met een beetje geluk hebben we op deze manier kunnen werken aan ons repertoire. Nu alles weer een beetje staat, hoop ik aan het einde van het jaar opnieuw naar Cuba te kunnen reizen.”
Dan kun je ook weer aandacht geven aan Acosta Danza, jouw eigen Cubaanse dansgezelschap?
“Toen de pandemie begon, stonden zij op het punt om in Brighton in première te gaan. Daarna zouden zij doorreizen naar onder meer Canterbury en Manchester. Dat ging allemaal niet door. Een acuter probleem was: hoe krijgen we iedereen weer naar huis? Er waren immers nauwelijks vluchten. Het is wel gelukt iedereen weer naar Cuba te vliegen, maar dat was een dure grap. Tijdens de lockdown heeft Acosta Danza veel in de studio kunnen repeteren en inmiddels treden ze weer op. Ook in de buitenlucht. Ze doen momenteel een tour in Europa. Ze openden in Madrid, daar was ik bij. Gisteren stonden ze bijvoorbeeld in Tenerife en ze reizen nu door naar Bilbao. Ik ben er trots op dat ze ook in Den Haag te zien zullen zijn, tijdens het Holland Dance Festival.”
Inmiddels ben je zelf beland bij het Birmingham Royal Ballet. Om de stad te eren, heb je er een ballet voor gemaakt. Wat is er zo bijzonder aan Birmingham?
“Birmingham heeft een grote rol gespeeld in de industriële revolutie. Er werd zó ontzettend veel geproduceerd en dat trok natuurlijk allerlei mensen aan. Zo is de stad een smeltkroes geworden van allerlei culturen. Er zijn jaarlijks wel vijftig festivals, veel ervan in de buitenlucht. Ik wil bewustzijn creëren over hoe invloedrijk Birmingham eigenlijk is. Je kunt wel zeggen dat ik, onbedoeld, als ambassadeur voor de stad optreed. Voordat ik er kwam werken, heb ik er al vaker op projectbasis gewerkt. Eigenlijk heb ik al tientallen jaren een relatie met Birmingham.”
Tijdens het Holland Dance Festival wordt ook de film Yuli vertoond; een film over jouw eigen leven.
“Heel presidentieel, hè? Meestal wordt er pas een film over iemand gemaakt als die lang en breed dood is, of die op het punt staat te overlijden. Ik ben niet iemand die lang bij dingen stil blijft staan, dus ook niet bij deze film, maar trots ben ik natuurlijk wel. Het is geen documentaire, maar een gefictionaliseerd verhaal. Nadat mijn autobiografie uitkwam, zijn we op zoek gegaan naar een geschikt productieteam voor de film. Een aantal producers zag er wel brood in, omdat het natuurlijk zo chocolaty as hell is. Maar het duurde zeker tien jaar voor we het juiste team gevonden hadden. De BBC wilde het graag snel maken, maar ook daar hebben ze dus nog even moeten wachten. Uiteindelijk heeft Paul Laverty het scenario geschreven en zijn vrouw Icíar Bollaín de film geregisseerd. Ik ben blij dat de film zijn waardigheid heeft behouden en niet is verworden tot een sensationele Hollywoodfilm.”
“Als ik alleen maar witte mensen op het podium heb staan, ontbreekt de magie”
Je begint er zelf over: mensen van kleur in de danswereld. Is daar nog een wereld te winnen?
“We boeken veel vooruitgang. Vooral in de jaren negentig zijn er grote stappen gemaakt. Dit thema heeft nu echt voor alle dansgezelschappen de hoogste prioriteit. Iedereen wil dat zijn voorstellingen representatief zijn voor de samenleving waarin we leven. En iedereen is op zoek naar de nieuwste ballerina met een etnische achtergrond. Laat ik voor mijzelf spreken: toen ik voor het eerst bij het Birmingham Royal Ballet kwam, was het al een bijzonder divers gezelschap. Ik probeer daarmee door te gaan. De Black Lives Matter-beweging heeft een bewustzijn in de samenleving teweeggebracht. Overal ter wereld realiseren mensen zich nu beter dat we dit thema serieus moeten nemen om tot een zinvolle verandering te kunnen komen. Ik geloof dat talenten van kleur nu een betere kans hebben om door te kunnen breken, dan vroeger. We leven in een zeer diverse en eclectische samenleving. Als ik alleen maar witte mensen op het podium heb staan, dan ontbreekt de magie. This is who we are.”
Het Holland Dance Festival vind van 3 tot 19 februari 2022 plaats in Den Haag. Meer info: www.holland-dance.com.
Beeld: Johan Persson