out of the box
In gesprek met zes queer boksers: “Mijn grootste vijand in de ring ben ikzelf”
Boksen is niet alleen goed voor je lijf, maar ook voor je kop. Wij spreken zes queer boksers over hun passie voor de sport.
justin (27, hij/die)
“Ik kwam door mijn kunstachtergrond vooral op queer plekken waar veel gepraat werd, en ik was op zoek naar een plek die meer fysiek en gegrond was. Zo kwam ik ongeveer een jaar geleden terecht bij deze bokslessen. Ik had meteen het gevoel dat ik hier thuishoorde, ook al was het volledig nieuw voor me – ik had vooral ervaring met sierlijke sporten als turnen, dansen en trampolinespringen.
Ik heb hier nieuwe vriendschappen gesloten, maar ook mentaal heeft het veel voor me gedaan. De lessen hebben me een hoop geleerd over mezelf. Dat ik sterker ben en dat mijn lichaam meer aankan dan ik zelf dacht. Het boksen heeft me weerbaarder gemaakt. Ik ben trots op de groei die ik hier heb doorgemaakt.
Als queer of trans persoon voelt het vaak makkelijker en veiliger om je kleiner te maken, om te voldoen aan de norm. Terwijl ik me het liefst wil uitdrukken zoals ik me voel, op een authentieke manier, zonder me iets aan te trekken van die verwachtingen van de maatschappij. Hier heb ik geleerd me juist wel expressief aan te kleden in het dagelijks leven. Het is elke week een oefening in kiezen voor jezelf.”
judith (25, hen/hun)
“Ik ben ooit begonnen met boksen omdat ik veel krachttraining, maar te weinig cardio deed – dat laatste vond ik maar saai. Boksen is de perfecte combo. Pas toen ik eraan begon, merkte ik dat het ook heel goed voor me is op mentaal vlak. Je moet je goed concentreren, anders heb je opeens een klap te pakken. Daardoor is er geen ruimte om te piekeren over andere zaken. Als queer persoon maak je soms vervelende dingen mee en het is fijn dat Jay, de trainer, dat erkent en tijdens de lessen ruimte biedt om daarover te vertellen. Daardoor voel je je er minder alleen in. Sommigen in mijn omgeving vinden het moeilijk te geloven dat ik wel eens word uitgescholden op straat vanwege mijn identiteit: zij hebben nog een heel tolerant beeld van Amsterdam. Het boksen heeft me minder angstig gemaakt. Het is alsof je je zenuwstelsel traint en je leert echt te staan voor jezelf. Je kunt hier niet onzichtbaar zijn. Het leukste aan de queer bokslessen vind ik daarbij dat het echt een community is. Het wordt soms best emotioneel, omdat de lessen een hoop bij mensen losmaken, maar er is hier altijd ruimte om er even tussenuit te stappen.”
marieke (22, die/diens, hen/hun)
“Ik ben ongeveer anderhalf jaar geleden begonnen met boksen. Ik hoorde over deze groep via een collega en wist meteen: dit is het. Hier was ik naar op zoek. Ik heb hiervoor lang aan ballet gedaan. Dat is wel anders dan boksen, want je hebt minder fysiek contact, maar bij allebei ben je bezig met balans en ritmes.
De mensen die hier komen geven me extra energie. Als ik een keer geen zin heb om naar de les te gaan, denk ik: o, maar ik wil die en die weer zien! We zijn best een hechte groep geworden. Ik voel hier minder de behoefte me te verantwoorden voor wie ik ben. Ik kan gewoon zíjn. Ik heb me hier nooit geïntimideerd gevoeld, maar kijk wel op naar andere mensen uit de groep, en hoe zij bijvoorbeeld omgaan met kritiek op hun queerness. Er is een vrouw die zó interessant kan vertellen over hoe het vroeger was om queer te zijn. Ik had iemand zoals zij anders nooit ontmoet, want ik ga verder vooral om met mensen van mijn eigen leeftijd. Er is echt een wereld voor me opengegaan.”
louie (32, hij/die)
“Ik ben begonnen met boksen in de We Are Queer gym, waar Jay lesgaf. Ik vond de manier waarop hij lesgeeft meteen prettig. Ik kamp met wat mentale problemen en ben autistisch, het boksen gebruik ik als ontlading. Inmiddels verlang ik er echt naar; als ik even niet boks, word ik nerveus.
Boksen is de eerste sport waarvoor ik echt discipline kan opbrengen. Ik had vroeger een sportschoolabonnement, maar ging er máánden niet heen, terwijl dat abonnement maar doorliep. Dankzij het boksen heb ik minder last van angsten en ik voel me zekerder op straat. Tijdens het sparren raak je gewend aan het opvangen van een klap, dus dat is niet meer zo eng. Iedereen die meedoet aan de les is queer of een ally, dat zorgt voor een community gevoel. Ik heb er nieuwe mensen leren kennen, en het is fijn om je éven ‘de norm’ te voelen. Aan het einde van de les geeft iedereen elkaar een boks. Dat vind ik een mooi ritueel, want het feit dat je op zo’n moment even ‘gezien’ wordt, kan al een verschil maken.”
jay (30, hij/hem)
“Ik heb deze groep iets meer dan anderhalf jaar geleden opgericht. Ik bokste al langer en merkte dat er eigenlijk niemand was zoals ik. Ik kende geen andere trans persoon die bokste – de queer boksers waren allemaal undercover. Dat voelde erg eenzaam. De eigenaar van Boogieland gaf me de kans om dit op te zetten, en ik vind het indrukwekkend om te zien hoeveel behoefte eraan is.
Wat begon als een simpel bokslesje is uitgegroeid tot een hele community, een safe space, een movement. Ook voor mezelf, want dat communitygevoel had ik hiervoor eigenlijk niet zo ervaren. In het begin heb ik fouten gemaakt – ik moest leren om mezelf open te stellen – maar we zijn samen gegroeid en ik heb mijn draai kunnen vinden.
Het leukste vind ik om mensen te zien groeien. Sommigen komen hier binnen met trillende beentjes, kunnen nauwelijks staan of hun arm uitstrekken, durven zichzelf niet goed voor te stellen. Om ze dan te zien uitgroeien tot... Ja, beesten... Dat vind ik fantastisch. Het voelt alsof ik naast bokscoach ook een mentale coach ben. Ik vind het fijn om mensen meer zelfvertrouwen te geven. Mensen komen niet alleen voor een workout en een beetje zweten, maar écht om aan zichzelf werken.
Laatst heb ik een boksring midden op het Leidseplein gezet. Dat was episch! Ik zou graag meer evenementen organiseren, queer boksgala’s, zodat queer mensen ook echt in een ring kunnen vechten.”
val (47, zij/haar)
“20 jaar terug deed ik al aan boksen in Rome, waar ik vandaan kom, maar nooit in een gym. Als queer vrouw voelde ik me zeer onwelkom tussen al die machomannen. Twee jaar terug kreeg ik borstkanker en door de chemotherapie kwam ik veel aan. Het voelde alsof ik mijn oude lijf nooit meer terug zou krijgen. Ik zat vol woede en wist dat ik daar iets aan moest doen. Zo kwam ik uit bij deze bokslessen.
Jay, onze coach, leert ons competitief te zijn, maar niet vijandig. Hij ziet en verstaat me door en door. Die empathie, dat begrip, had ik nooit verwacht van iemand die twintig jaar jonger is dan ik. Hij heeft een plek gecreëerd waar iedereen, ongeacht hun gender, identiteit, kleur of lichaamstype, zich capabel leert voelen. Ik wil leren een vechter te zijn, maar niet arrogant. Sterk te zijn, maar geen bitch. Ik wil mijn angsten leren overwinnen, want in de ring ben ik mijn grootste vijand.
Er komen hier mensen die te maken krijgen met verschillende vormen van discriminatie. Samen leren we om op te komen voor onszelf, terug te vechten. Het kan lastig zijn om de kracht in jezelf te vinden, soms heb je daar andere mensen voor nodig. Deze lessen zijn een vorm van collectieve genezing.”