
Lekkere muziek: Soft Cells hunky ‘Tainted Love’-video en de verboden beelden van ‘Sex Dwarf’
Hier alle Soft Cell-hits uit de jaren tachtig
Anno nu zou zelfs een songtitel als ‘Sex Dwarf’ niet meer kunnen, maar in de jaren tachtig ging vooral de video bij de track veel mensen veel te ver. Liever keken ze naar die dromerige jongen die ontwaakt in de video van ‘Tainted Love’. We blikken terug op de hits van Soft Cell uit de jaren tachtig. Hier zie je ze allemaal!
‘a man can get lost’
Zanger Marc Almong en instrumentalist David Ball beginnen Soft Cell in 1978. Ze lenen 2000 pond van Davids moeder om met een simpele two-track recorder de EP Mutant Moments uit te brengen. Dit is in 1980. Het wordt geen hit, en de losstaande single ‘A Man Can Get Lost’ al evenmin. De b-kant ‘Memorabilia’ is dat wel, zij het alleen in nachtclubs. Of dit de officiële video is? Waarschijnlijk niet, maar het filmpje geeft een aardig beeld van de jaren tachtig. Even doorklikken naar YouTube aub, vanwege de leeftijdsbeperking.
‘memorabilia’
Die b-kant wordt vanwege het clubsucces ook op single uitgebracht in 1981. Het is een ietwat paranoïde synth/new wave-track, met een video waarin Marc z’n ogen op nogal enge wijze openspert en wegdraait. ‘Memorabilia’ bevat praatzang en een rap van Cindy Ecstasy, die een Human Leaguesque vleugje vrouwelijkheid geeft aan het lied.
‘tainted love’
Na twee geflopte singles volgt – nog steeds in 1981 – het wereldwijde succes met ‘Tainted Love’. Het lied werd oorspronkelijk opgenomen door Gloria Jones in 1964 en later nog eens in 1976. De heren van Soft Cell vertragen het tempo en maken er een slepende new wave-song van. Het wordt een wereldhit en Soft Cell krijgt ineens het label ‘Northern Soul’ opgeplakt. Later verschijnt er een langere versie van ‘Tainted Love’, waarin het lied overgaat in een cover van The Supremes’ ‘Where Did Our Love Go’. In het VK haalt het lied de eerste plaats en het groeit uit tot de bestverkopende song van 1981. De video is befaamd vanwege de jonge hunk die in zijn slaapkamer belaagd wordt door twee demonen, of wat zijn het voor wezens… Er bestaat overigens nog een andere video, waarin een of ander Grieks aandoend tafereeltje wordt opgevoerd. Maar die met de hunky jongen is leuker.
‘bedsitter’
In 1981 verschijnt het debuutalbum van Soft Cell, Non-Stop Erotic Cabaret genaamd. Hoewel Marc Almond later in zijn solocarrière heeft bewezen over een behoorlijk bereik te beschikken wat zijn stem betreft, is het in het begin nog flink zoeken. Op ‘Bedsitter’ klinkt hij niet bepaald toonvast, al heeft dat ook wel weer een doe-het-zelf-achtige charme.
‘say hello, wave goodbye’
Wat voor ‘Bedsitter’ geldt, geldt ook voor ‘Say Hello, Wave Goodbye’: het is niet zo heel best gezongen. Maar de melodie maakt een hoop goed, net als de video. We zien hoe zich een liefdesverhaaltje ontvouwt tussen twee figuranten, terwijl Marc van top tot teen in zwart is gehuld, inclusief enorme zonnebril. Het lied haalde in 1982 de dertigste plaats in de Single Top 100 en de 12e in de Tipparade.
‘sex dwarf’
Soft Cell schuwt de controverse niet bepaald. Zo nemen ze de track ‘Sex Dwarf’ op, met een video die vrijwel direct wordt verboden. Wat is er zoal in te zien: mannelijk en vrouwelijk naakt, suggestieve seksstandjes, mensen in kinky leer gehuld en Marc Almond die in zwarte slip gehuld iemand van 1.30 meter aftuigt met een zweep. Verder zijn er mannen te zien die tijdens een orgie met kettingzagen rondlopen, Marc Almong die een stuk rauw vlees verorbert, een mevrouw met groen haar, een mevrouw met rood haar, een mevrouw met wit haar, de billen van Marc Almond, nog meer rauwe stukken vlees die door de lucht vliegen, een blote vrouwenborst, en dat allemaal in een tijdsbestek van ruim vijf minuten. De beelden zijn zo NSFW dat ze alleen diep verstopt zijn terug te vinden in dit Reddit-draadje.
‘torch’
Na ‘Tainted Love’ (nummer 5) staat Soft Cell nog één keer in de Nederlandse Top 40. Dat is in 1982 met ‘Torch’, dat opklimt tot nummer 10. Voor de vrouwelijke samenzang is wederom Cindy Ecstacy opgetrommeld, die als een nachtegaal klinkt naast Marc (alhoewel: zij zit er soms ook vrij ver naast…). Ook mooi: de toetersolo aan het begin, die nog een aantal keren terugkomt.
‘what’
Na het succes van ‘Tainted Love’ verwacht het publiek (en waarschijnlijk ook de platenbonzen) meer van hetzelfde van Soft Cell. Dus pakken ze opnieuw een liedje uit de jaren zestig om deze in een eigen jasje te hijsen. Het gaat om ‘What’ van Melinda Marx uit 1984. De versie van Soft Cell klinkt bijna Motown-achtig, met allerlei verwijzingen in de video naar Pop Art. Het wordt een top 3-hit in eigen land, maar verder deed het lied niet zoveel.
‘where the heart is’
In 1982 verschijnt het tweede van in totaal vier albums van Soft Cell, dat heel toepasselijk The Art of Falling Apart heet. Want echt goed gaat het niet meer met het duo. ‘Where the Heart Is’ flopt als leadsingle, het album wordt matig ontvangen (al haalde het nog wel de top 5 in het VK) en Marc Almond weigert intussen ‘Tainted Love’ nog te zingen tijdens concerten omdat hij het beu is dat mensen alleen dáárop losgaan.
‘soul inside’
In 1984 valt het doek voor Soft Cell. Een maand nadat ze hun breuk hebben aangekondigd, verschijnt er nog een derde studioalbum met de naam This Last Night in Sodom. Omdat ze het helemaal anders willen aanpakken is hier nauwelijks dansvloervriendelijke pop te horen, maar een eclectischer geluid. De onderwerpen waren ook een stuk duisterder, met songtitels als ‘Mr. Self Destruct’. De leadsingle werd wederom geen hit, maar is de moeite van het bekijken zeker waard.
‘monoculture’
Door de jaren heen is Soft Cell nog enkele keren opnieuw bij elkaar gekomen. In 2002 verschijnt het album Cruelty without Beauty, twintig jaar later Happiness Not Included en in 2024 Happiness Now Completed. Voor alle fans is hier ‘Monoculture’ tot besluit, met een straffe housebeat en een video waarin Marc Almond achter de counter staat van een behekst junkfoodfiliaal.